Al-ʿAllāma ʿAbdullah b. Ḥumaid[1] zei over de volgende overlevering:

“Jullie zullen zeker de sunan (wegen) van degenen voor jullie volgen.”[2] Vanonder de wegen van de voorgaande mensen is dat zij zeiden:

“Waarlijk, ʿĪsā (Jezus) is Allah, of de zoon van Allah, of één derde van de drie.”[3]

Zijn er dan mensen in deze gemeenschap die zeggen: “Waarlijk, de Boodschapper van Allah is ook zo?”

Het antwoord hierop is: Ja!

In Turkije zijn er mensen die zeggen dat de Boodschapper van Allah nūr (licht) is van Allah, een gedeelte van Allah is en dat hij geen mens is. In een van de voorgaande jaren kwamen wij samen met de Mufti van Turkije. Met hem was de broer van de Minister-President en zijn naam was Sulaymān. Hij kon geen Arabisch en had een vertaler bij zich. Hij vroeg een aantal ḥaij vragen die te maken hadden met de Ḥanafī wetschool (madhab) waarop deze beantwoord werden.

Vervolgens vroeg hij over de Boodschapper van Allah en zei: “Wat is jouw mening over Muḥammed?”

Ik vond dit een verbazingwekkende vraag en zei tegen hem: “Vanuit welke opzicht?”

Hij zei: “Is hij een mens?”

Ik zei op een rustige toon: “Ja, hij is een mens.” Vervolgens reciteerde ik de verzen (die hierop duiden) waaronder: “Zeg (O Muḥammed) Ik ben slechts een mens net als jullie.”[4] En andere verzen.

Hij zei: “Ja maar dit is slechts een concessie en nederigheid van hem. Hij is als het evenbeeld van een mens gekomen om zodoende te lijken op degenen die hij uitnodigt vanonder de mensheid. Want als hij op hen lijkt dan zullen zij eerder zijn boodschap aanvaarden. Maar hij is echter geen mens.”

Ik zei: “En wat zegt de Mufti hierover?”

Hij (de Mufti) zei: “Hij is een gedeelte van Allah.”

Dit is net zoals de christenen zeiden. Precies hetzelfde! Maar dit dient niet weerlegd te worden met de Qurʾān en Sunna. Met zo`n twijfel helpt niets behalve het gebruik van intellectuele bewijzen.

Ik zei tegen hem: “Is Muḥammed een gedeelte van Allah?”

Hij zei: “Ja.”

Ik zei: “Is Muḥammed aanwezig of is hij overleden?”

Hij zei: “Nee hij is niet aanwezig. Integendeel, hij is overleden. Want Allah zegt:“Voorwaar, jij (O Muḥammed) zult sterven en waarlijk, zij zullen (ook) sterven.”[5]

Ik zei: “Als Muḥammed is overleden terwijl hij een gedeelte van Allah is, dan betekent dit dat de Heer verlamd is. Omdat er een gedeelte van Hem is afgestorven.”

Hij bleef stil en zei (vervolgens): “Je hebt me in de verwarring gebracht! Allah is voldoende voor mij tegenover jou.”

Hij kon niet antwoorden! Dit is hun situatie. Dit toont de waarheid aan van wat de Boodschapper van Allah zei: “Jullie zullen zeker de sunan (wegen) van degenen voor jullie volgen.”

Bron: Sharḥ Kitāb at-Tawḥīd van Ibn Ḥumaid blz. 254-255. Uitgever: Dār ibn Jawzī, Damam Saoedi-Arabië. 1ste druk 2017.
Vertaling: Yūsuf Abū Ṣafiyya
Gepubliceerd op: www.ahloelhadieth.nl

[1]Een van de voormalige grote geleerden uit Saoedi-Arabië en een van de leraren van onder andere Shaykh b. Bāz (رحمهم الله).

[2]Authentieke uitspraak van de Profeet overgeleverd in Bukhārī & Muslim.

[3]Een verwijzing naar de valse drie-eenheid geloofsleer.

[4]Al-Kahf (18):110.

[5]Az-Zumar (39):30.

Screenshots Arabische Bron: