Nadat Shaykh Muḥammad b. Ṣālih al-ʿUthaymīn in een van zijn vrijdagmiddag preken sprak over de wonderbaarlijke tekenen van de profeet ﷺ en over de karamāt[1] (wonderen) van de vrienden van Allah zei hij het volgende:
…En van deze karamāt is hetgeen wat plaatsvond toen de moslims onder het gezag van Saʿd b. Abī Waqās de Perzen bevochten. Zij kwamen aan bij de Rivier de Tigris en ondervonden dat de rivier aan het stromen was (vol) met schuim. De Perzen waren overgestoken naar hun land en hadden de bruggen vernietigd en de schepen laten zinken. Er bleef niets over voor de moslims om over te steken.
Zij kwamen bij Saʿd b. Abī Waqās (de leidinggevende) en zeiden tegen hem dat zij momenteel geen kracht meer over hen (de Perzen) hadden. Dat zij hen niet meer konden achtervolgen omdat zij zichzelf nu beschermd hebben door middel van de rivier en door het vernietigen van de bruggen en het laten zinken van de schepen.
Saʿd b. Abī Waqās (رضي الله عنه) riep vervolgens Salmān al-Fārisī (رضي الله عنه). Salmān al-Fārisī (رضي الله عنه) was afkomstig van Perzië en was bekend met de plotten van de Perzen. Hij (Saʿd b. Abī Waqās) zei tegen hem:
“O Salmān, bericht ons over iets wat we als plan kunnen gebruiken tegen deze vijanden van ons.”
Salmān zei vervolgens tegen hem:
“Ik heb niets waarmee ik kan plotten tegen hen behalve met de standvastigheid van de soldaten. Wanneer zij standvastig zijn op het bevel (religie) van Allah en in het volgen van de Boodschapper ﷺ, geef hen dan blijde tijdingen dat Allah het voor ons zal vergemakkelijken om deze rivier over te steken. Want Degene die het gemakkelijk heeft gemaakt voor Musā en zijn volk om de zee over te steken is in staat om dit ook voor ons te vergemakkelijken.”
Vervolgens ging Salmān weg en ging hij langs de soldaten. Hij vond hen (de soldaten) in roekoe` en sujūdgedurende de dag en nacht. Zo ook waren zij zich aan het voorbereiden op de oorlog. Na drie nachten kwam Salmān bij Saʿd en vertelde hem dat de soldaten zich op het goede bevonden.
Saʿd riep de soldaten bijeen en zei tegen hen:
“Ik sta bij deze rivier en zal (morgenochtend) de takbīr[2] driemaal uitspreken. Na de derde takbīr dienen jullie bismillah te zeggen en vervolgens de rivier over te steken. Want voorwaar, Allah zal dit voor ons vergemakkelijken!”
De volgende ochtend gingen zij bij de rivier staan en riep Saʿd driemaal de takbīr. Hierna zeiden zij bismillah en begonnen zij met hun paarden over te steken door over het water te lopen. Dit terwijl het water onder hen stroomde! Zij werden omhooggehouden door Degene die de hemel omhooghoudt om niet op de aarde te vallen behalve met Zijn toestemming.
De historici hebben vermeld dat wanneer de paarden moe werden, werd er door Allah een eiland aangemaakt in deze rivier zodat deze paarden erop konden rusten totdat zij hun kracht terugkregen. Op deze manier staken zij de rivier over. De Perzen waren verbaasd (en in shock) toen zij (op deze manier) de rivier over staken en zeiden:
“Wij zijn geen mensen aan het bevechten maar jinns. Het is niet mogelijk dat een mens een rivier oversteekt zonder een tastbare middel!”
Op deze manier waren de moslims met de hulp van Allah in staat om de hoofdstad (van Perzië) te veroveren. En zij namen de kroon van Kisra mee. Dit was een enorme kroon, zo groot als een grote tent. Het had goud, parels en edelstenen, (een hoeveelheid) waar alleen Allah van op de hoogte is. De kroon was zo groot dat één kameel niet in staat was om het te dragen. Dus bonden zij de kroon vast tussen twee kamelen gedurende de hele weg totdat ze Medina bereikten. Vervolgens brachten zij het naar de recht geleide kalief ʿUmar b. al-Khaṭṭāb (رضي الله عنه) en plaatste de kroon voor hem. En ondanks de lange afstand, wind, regen en de hitte van de zon was de kroon intact zonder één parel te verliezen.
ʿUmar was verbaasd toen hij dit zag en zei:
“Voorwaar, het volk dat in staat was om deze taak uit te voeren is een betrouwbaar (volk).”
Hierop zeiden zij:
“O leider der gelovigen, u was betrouwbaar dus waren zij betrouwbaar. En was het zo geweest dat u consumeerde, dan zouden zij (ook) consumeren.”
Bron: Beluister de audio hieronder. Afkomstig van een vrijdagmiddag preek gegeven door de Shaykh met als titel: Ayāt an-Nabī ﷺ aqṣām al-umūr al-khāriqa.
Vertaling: Yūsuf Abū Ṣafiyya
Publicatie: www.ahloelhadieth.nl
[1] Voetnoot vertaler: Dit zijn wonderen die Allah (تعالى) laat gebeuren voor Zijn vrienden (Awliyā) om hen te eren en bij te staan in datgene waarop zij zich bevinden. Een voorbeeld hiervan is het verhaal van Maryam bint ʿImrān (رضي الله عنها) toen zij op het punt stond om te bevallen en naar een palmboom ging zoals Allah (تعالى) duidelijk maakt in sūra Maryam. Zij begon (in deze staat) de palmboom te schudden totdat er verse dadels vielen uit de palmboom. En zoals Shaykh al-ʿUthaymīn in dezelfde preek aangeeft is dit iets wonderbaarlijks aangezien de stam van een palmboom zeer sterk is en niet door één persoon geschud kan worden, laat staan door een vrouw die op het punt staat om te bevallen! Daarnaast vielen deze verse dadels onbeschadigd op de grond. Allah (عز و جل) plaatste daarnaast ook een rivier langs haar waaruit zij kon drinken (gezamenlijk) met het eten van dadels. Voor meer informatie over karamāt zie het geweldig boek van Shaykh al-Islām ibn Taymiyyah met als titel: `Awliyā ar-Raḥmān wa awliyā as-shayṭān (de vrienden van Allah en de vrienden van Satan).ˊ Dit boek is ook vertaald naar het Engels met als titel: `The friends of Allah & the friends of shaytaan.ˊ
[2] Voetnoot vertaler: Het zeggen van Allāhu Akbar.